Vereniging in de kijker : The Village
Leon Peeters, een rustige man die de tijd neemt om zijn verhaal met veel enthousiasme uit de doeken te doen. Hij heeft tonnen werk- en reiservaring in Afrika, is vader van 4 zonen en orthopedagoog van opleiding.
Na zijn studies deed Leon eerst 10 jaar onderzoek aan de KU Leuven en daarna was de zin groot om met zijn twee benen in het alledaagse werk te gaan staan: de zorg voor personen met een verstandelijke beperking in allerlei gedaanten. Eerst 10 jaar in Vlaanderen, daarna 10 jaar in Afrika. Tijdens deze periode trok hij ondermeer naar Rwanda (2003-2005) en Uganda waar de zaadjes werden gelegd voor The Village, de vzw waar Leon bezieler en voorzitter van is.
Hoe kwam je tot het idee om The Village op te richten ?
In Vlaanderen maken mensen met nieuwjaar altijd goede voornemens. Bijna aan het einde van mijn beroepsloopbaan gekomen maakte ik met Nieuwjaar 2013 het voornemen een vzw op te richten die een bijdrage zou leveren aan de zorg voor mensen met een beperking in Uganda.
Tijdens mijn werktijd in Rwanda en Uganda merkte ik al snel dat mensen met een verstandelijke beperking weinig of geen kansen krijgen in de maatschappij. De oorzaak hiervan ligt vooral in het ontbreken van passend onderwijs en vorming. Ik wou tonen dat het anders kan.
Dit was de start van een boeiend project in Kabale, Uganda, een provinciestadje op 15 km van de Rwandese grens. We begonnen bij het begin: kleine kinderen begeleiden die niet naar school konden of in schoolsituaties terecht kwamen waar ze niks van opstaken.
Wat houdt het project in?
De geschiedenis van het project loopt een beetje parallel met de financiering door onze hoofdsponsor, de Provincie Oost-Vlaanderen.We startten in een kleine kleuterschool, ‘Wise parents’, waar de kinderen met een verstandelijke beperking werden begeleid in de reguliere school. Dat was een boeiende oefening, zowel voor de kleuterschool als voor ons eigen personeel. Ondertussen bouwden we aan een eigen infrastructuur voor de kinderen die in de lagere schoolleeftijd kwamen.
Voor onze opgroeiende kleuters en enkele oudere nieuwkomers -negen kinderen- ontwikkelden we een functioneel curriculum. Dit is een leerprogramma waarbij de nadruk niet ligt op kennis vergaren maar wel op het ontwikkelen van vaardigheden die de leerlingen alle dagen nodig hebben. Zoals een douche nemen, koken, je veilig verplaatsen in het verkeer, mee helpen bij een familiefeest…
In een derde fase werd gewerkt aan de ‘overgang van school naar werk’. Nadruk kwam ondermeer te liggen op koken, bakken, tuinieren, kippen houden enz. Zeg maar activiteiten met een productief karakter. Elke leerling heeft ook zijn eigen tuintje en hoe leuk is het niet wanneer je zelf kan maken wat je bij de bakker in de vitrine ziet liggen!
Nu zijn we aangeland in fase 4: het openen van een cafetaria. De voorbije maanden ontvingen de leerlingen ‘klanten’ op uitnodiging. Dit jaar openen we de deuren van PROUD Canteen voor het grote publiek! In de rand zijn er nog voorzieningen voor een ‘home stay’ en een bloemenkiosk.
En hier in België?
Tot nog toe zetten we vooral in op informatieverspreiding, sensibilisering en fondsenwerving. Via foto’s, verhalen, projecties proberen we niet alleen ons project maar ook de situatie van mensen met een verstandelijke beperking in het algemeen in de kijker te zetten.
Sinds corona zijn we ook meer aandacht gaan besteden aan aspecten van rechtvaardiger relaties tussen Vlaanderen en Afrika. Wij hebben onszelf nooit een ‘ontwikkelingsorganisatie’ genoemd. Maar we vinden het toch nodig om te streven naar meer bewustwording over correcte internationale verhoudingen bij onze eigen leden en naaste omgeving.
We zitten helemaal op de lijn van ‘ontkokering’ en spreken daarom ook niet meer over Noord en Zuid. Er is evenveel werk in Vlaanderen als in Oeganda. Zo verdiepen we ons in onderwerpen als dekolonisering, anti-racisme en leven tussen twee culturen (in het bijzonder Afrika en Vlaanderen) en de effecten daarvan op kinderen. Zo zijn we niet toevallig bij Sankaa terecht gekomen.
Heb je nog dromen Leon?
Ik moet altijd glimlachen als ik Reginald Moreels bezig hoor. Hij noemt het grote hospitaal dat hij in de Kivu streek wil bouwen zijn voorlaatste project…
Zelf zou ik nog graag een ‘local history project’ beginnen ergens halverwege ‘Lake Bunyonyi’. Dat is niet zo ver van het huidige project. En de droom met de grote D is dat mijn kinderen mogen evolueren in een wereld die niet zo verdeeld is in compartimenten van kleur en sociale klassen als de mijne.